Beveiliging van de
geheugenkaart
Selecteer
Menu
>
Instrumenten
>
Geheugen
.
U kunt een geheugenkaart beveiligen met een
wachtwoord om onbevoegd gebruik te voorkomen. Als u
een wachtwoord wilt instellen, selecteert u
Opties
>
Wachtw. instellen
. Het wachtwoord mag acht tekens
lang zijn en is hoofdlettergevoelig. Het wachtwoord wordt
opgeslagen op het apparaat. U hoeft het niet opnieuw in
te voeren zolang u de geheugenkaart in hetzelfde
apparaat gebruikt. Als u de geheugenkaart in een ander
apparaat gebruikt, wordt naar het wachtwoord gevraagd.
Niet alle geheugenkaarten ondersteunen beveiliging met
een wachtwoord.
Als u het wachtwoord voor de geheugenkaart wilt
verwijderen, selecteert u
Opties
>
Wachtw. verw.
.
Wanneer u het wachtwoord verwijdert, zijn de gegevens
op de geheugenkaart niet meer beveiligd tegen
onbevoegd gebruik.
Als u een geblokkeerde geheugenkaart wilt openen,
selecteert u
Opties
>
Geh.kaart deblokk.
. Voer uw
wachtwoord in.
Als u zich het wachtwoord voor de geblokkeerde
geheugenkaart niet meer kunt herinneren, kunt u de kaart
formatteren. De kaart is dan gedeblokkeerd en het
wachtwoord verwijderd. Door de kaart te formatteren,
worden echter ook alle gegevens op de kaart vernietigd.